Categorie: "BNR-COLUMNS"

RADAR ruikt bloed (column BNR 2 sept)

Vorige week trapte het consumentenprogramma RADAR af met een tweeluik over pensioenen. Als dit activistische programma, denk nog maar eens aan de woekerbeleggingspolis, het nieuwe seizoen start met z’n lastig onderwerp als uw pensioen, berg je dan maar. RADAR ruikt bloed, waarschijnlijk ingegeven door het zeer actieve kijkerspanel van presentatrice Hertzenberg. Ergens in de loop van dit seizoen zal de naam ‘woekerpensioen’ gaan vallen. En daar lijkt alle reden voor.

Dit jaar is er voor het eerst gekort op de pensioenen. De ‘harde pensioengarantie’, ik zou zeggen het boegbeeld van het poldermodel, is hard van z’n voetstuk gevallen. Natuurlijk konden we de bui zien hangen. Het eindloon verdween geruisloos en de indexatie is al jaren niet betaald, waardoor de inflatie al een deel van het pensioen heeft aangetast.  68 pensioenfondsen hebben per 1 april van dit jaar een eerste korting doorgevoerd. En 31 december 2013 is weer een cruciale datum. Fondsen die dan een dekkingsgraad hebben onder de 104%, moeten korten. En ondanks dat het kabinet de fondsen tegemoet is gekomen door de rekenrente  omhoog te manipuleren, lijken een aantal fondsen, waaronder de grootste pensioenfondsen van Nederland, het ABP en Zorg & Welzijn, niet te ontsnappen aan de kortingsbijl.

Voor de niet actuarieel geschoolde burger moet de verwarring groot zijn. Terwijl als gevolg van goede rendementen en premiestortingen, de pensioenpotten overvol zitten, bijna 1000 miljard, toch korten op het pensioen. Hoogleraar Theo Kocken sloeg in RADAR de spijker op z’n kop. Mensen leven veel langer dan verwacht en er is veel te weinig premie betaald om die extra pensioenjaren te betalen. De schuld kan niet alleen worden gelegd bij de pensioenfondsen, ook de werkgevers dragen verantwoordelijkheid. In de tijd dat de beursbomen tot in de hemel groeiden, stopten ondernemingen vaak met storten van premie.

Met het wegvallen van de garanties kwam bij werknemers de roep om meer controle over hun pensioengeld. Volkomen logisch, maar niet in het vermolmde pensioenland. In ons pensioensysteem zit namelijk een rare kronkel. Er zijn ondernemingspensioenfondsen en bedrijftakpensioenfondsen. Als werknemer heb je niets te kiezen. Zit je bouwvakker of Tv presentator dan zit je in een bedrijfstakpensioenfonds. Werk je bij ABN AMRO of KPN, dan ben je lid van een ondernemingspensioenfonds. Ondernemingspensioenfondsen mogen voor hun werknemers echte individuele regelingen maken, waarbij de lasten, maar ook de lusten bij de werknemer liggen. Bedrijfstakpensioenfondsen, waar de vakbonden de dienst uitmaken, mogen dit niet. Daar is solidariteit, u weet wel die solidariteit van jongeren naar ouderen, bij wet vastgelegd en moet u alles met uw concurrent delen.

Het lijkt onomkeerbaar dat de werknemers precies willen weten wat zijn of haar pensioenpot is en daarover naar eigen inzicht wil beschikken. Ik vermoed dat vanavond RADAR daar een voorzet voor gaat doen.

 

Dijsselbloem heeft een probleem (column BNR 26 augustus)

Een van mijn laatste column voor mijn eigen zomerreces ging over het rapport van de Commissie Wijffels. Ik noemde de conclusies een ‘zoutloos compromis’. Dat was een harde conclusies en toen ik terugkwam in Nederland, na een lange periode zonder Nederlandse kranten, was ik benieuwd hoe het rapport in de media was gevallen. Tot mijn verbazing en ergernis heeft het rapport nauwelijks enige discussie of polemiek opgeleverd. Dat is jammer en zorgelijk. Nu lijkt het erop dat dit het zoveelste rapport is dat verdwijnt in de onderste la van het bureau in de kelder van het Binnenhof. Laat ik maar positief zijn en het wijten aan de vakantieperiode. Ik steek de hand in eigen boezem, ik schitterde ook door afwezigheid.

Minister Dijsselbloem heeft het rapport blijkbaar wel gelezen. Hoewel, gelezen? Ik denk dat hij tijdens zijn vakantie op een camping op een Grieks eiland met glas Ouzo in de hand het rapport snel heeft gescand en is gestopt bij aanbeveling 3 a en dacht, dit is laaghangend fruit, hier is snel resultaat te behalen. Want Wijffels roept in aanbeveling 3a de Staat op de banken in haar bezit snel te privatiseren om op die wijze de concurrentieverhoudingen te normaliseren.

Vorige week verraste Dijsselbloem ons met aankondiging een voorkeur te hebben ABN AMRO 100% naar de beurs te brengen en wel zo snel mogelijk. De nood bij het kabinet moet dus wel erg hoog zijn om juist nu z’n stap te nemen. De bank kruipt eigenlijk net uit het dal.

Maar Dijsselbloem heeft dan ook een groot probleem. De rente op de financiering van ABN AMRO en ASR kost ons  elk jaar 1 miljard, het dividend levert maximaal 400 miljoen op. Dat kost geld en stel dat de rente omhoog gaat. Maar Dijsselbloem wil wél 15 miljard voor ABN AMRO vangen. Het is ondenkbaar dat beleggers bereid zijn de 28 miljard op tafel te leggen voor een relatief kleine retailbank die voor 85% afhankelijk is van de kwakkelende Nederlandse economie. Hij accepteert dus sowieso het verlies van 13 miljard, hij moet wel.

Maar ook die 15 miljard gaat nog een hele klus worden. Beursanalisten zullen veel sommetjes maken, maar op basis van de vorige week gepubliceerde winst, het zichtbare eigen vermogen en de onzekerheid over de gezondheid van Europese banken, zie ik op dit moment een waarde van 10 tot 12 miljard. En beleggers staan volgens de minister niet in de rij om te kopen.

De minister staat voor een duivels dilemma. Wachten op betere tijden kost ons elk jaar zeker 500 miljoen, maar nu verkopen levert te weinig op. Dat weten beleggers ook. Ik wens de minister daarom veel wijsheid toe en één welgemeend advies: luister niet teveel naar de Goldman Sachs en JP Morgans van deze wereld. Dat is zeker niet in ons belang.

 

AEX-index is een duiventil (column BNR 15 juli)

Beursindices spelen een belangrijke rol op de financiele markten. De bekendste beursindex is zonder enige twijfel de Dow Jones. Als er ergens op de wereld paniek uitbreekt als gevolg van bijvoorbeeld een aanslag, dan wordt in de media direct gekeken naar het verloop van deze index. En als de Dow na een ernstige koersval de volgende dag weer herstelt, dan is dat blijkbaar een teken dat de zaak onder controle lijkt te zijn. En er is ook een positieve kant. Toen de Dow recent de magische grens van de 15.000 punten doorbrak, was dat een ‘bewijs’ dat de Amerikaanse economie de weg omhoog had gevonden.

De wijze waarop de indices bepaald worden is dus van groot belang. Niet alleen omdat ‘het grote publiek’ ernaar kijkt en het dus een grote rol speelt in het consumentenvertrouwen, maar ook omdat er veel financiele producten op gebaseerd worden. Daarom was de fraude rondom LIBOR ook zo desastreus. Bijna alle renteproducten, waaronder uw spaarrente of hypotheekrente, zijn gebaseerd op LIBOR. Het is dan ook terecht dat er forse boetes uitgedeeld worden. RBS kreeg 500 miljoen pond boete, onze eigen RABO waarschijnlijk 440 miljoen euro. En het is een goede zaak dat de berekening van LIBOR voortaan door beursorganisatie NYSE Euronext gedaan zal worden in plaats van banken die belang hebben bij de index.

De indices vertegenwoordigen ook een forse waarde. Beurzen halen een steeds groter deel van hun inkomsten uit het verkopen van licenties op indices. Logisch dus dat NYSE Euronext een rechtszaak aanspande tegen beursbedrijf TOM en BinckBank om het gebruik van de naam AEX-index. De rechtbank gaf Euronext gelijk en het gevolg is dat TOM haar een eigen symbolen zal gaan gebruiken, bijvoorbeeld “tommies”. 

Het is alleen te hopen dat Euronext nu de kans aangrijpt om haar eigen AEX-index, die dit jaar 30 jaar bestaat, nieuw elan in te blazen. De Dow is onder andere populair omdat haar samenstelling zeer traag verandert en een echte Amerikaanse index is. De ‘waan van de dag’ gaat voorbij aan de Dow. Helaas is de AEX-index een echte duiventil. Dit komt omdat het handelsvolume bepalend is voor toetreding. Gevolg is dat fondsen als KPN Quest, UPC en Getronics opgenomen werden. En op dit moment staat een speculatief fonds als Pharming met een koers 2 eurocent in de Midkap-index.

En wat heeft Accelor Mittal te zoeken in een Nederlandse graadmeter?  Een oer-Hollands fonds als baggerbedrijf Boskalis mag er niet in, omdat er niet voldoende in wordt gehandeld. Stop met dat rare criterium. Kijk liever naar beurswaarde en maak vervolgens van de AEX-index een echte Nederlandse index.

Een zoutloos compromis (column BNR 8 juli)

Twee weken geleden publiceerde de commissie “structuur Nederlandse banken”, onder voorzitterschap van Wijffels, haar langverwachte rapport. Ik heb er enige tijd over heen laten gaan om niet ‘uit de heup’ te reageren. Maar ook na een flinke bezinningstijd ben ik teleurgesteld in het rapport. Wellicht had ik te veel verwacht en moet ik  mij realiseren dat met z’n grote werkgroep, maar liefst 13 mensen waren uitgenodigd, een zoutloos compromis het beste resultaat zou zijn.

Het rapport spaart de banken en dan met name de grootbanken. Het meest concrete nieuwe voorstel is, ik weet dat ik enigszins chargeer, dat huizenkopers voortaan 20% eigen geld moeten meenemen. Een goed voorstel hoor, maar je kunt het toch geen vergezicht op de structuur van het bankwezen noemen. Het is een voorstel dat de banken goed uitkomt, dat wel. Wat ík echter zeer concreet gemist heb is dat banken meer eigen vermogen moeten gaan aanhouden. Opschrijven dat een ‘leverage ratio’ van 3% ‘te laag’ is, is een slappe en ongevaarlijke uitspraak. Waarom geen duidelijk percentage noemen van bijvoorbeeld 10%, zoals het Sustainable Finance Lab voorstelt, nota bene de eigen denktank van Wijffels. Ik heb mij geërgerd aan commissielid Boot, die dat op de radio wél klip en klaar zegt, maar vaststelt dat de bankenlobby te sterk was om dit in het rapport te krijgen. Waarom is Boot dan niet uit de commissie gestapt? Dat had de zaak op  scherp gezet.

Een echt vergezicht zou ook moeten gaan over de structuur van de activazijde van de bankbalansen. Er is niet te weinig krediet, het krediet is alleen eenzijdig terecht gekomen in de financiering van woninghypotheken. Niet raar als de overheid zich garant stelt. En dan voorstellen dat er een Nationaal Hypotheek Instituut moet komen? Wéér de overheid als achtervanger? Waarom geen pleidooi om gespecialiseerde hypotheekbanken op te richten. Dan kunnen de universele banken zich richten op de financiering van bedrijven.

Maar het échte vergezicht zou moeten gaan over hoe wij in Nederland meer concurrentie krijgen en dan komt de commissie niet verder dan dat staatsbanken weer privaat moeten worden en dat de kopers buitenlandse banken zouden moeten zijn. Geen woord over het grootbank-fetisjisme van DNB en het Ministerie van Financiën. Geen woord over de hoge drempels die toezichthouders opwerpen om een nieuwe financiële instelling in Nederland op te starten. Peter Blom van de Triodos bank schreef het onlangs goed op in het Financiële Dagblad: “door strenge regelgeving dreigt in de bancaire sector een verstikkende monocultuur te ontstaan”.

Bange bankiers trekken zich terug achter de dijken. De geschiedenis leert dat dat een recept voor stagnatie is.

 

 

 

 

 

 

 

 

Zichtbare bankiers passen beter op (column BNR 1 juli)

Ik ben voor ‘de bankierseed’. Niet omdat ik denk dat bankiers dan nooit meer de fout in gaan. Dat is namelijk ook niet het geval bij  bij artsen of de advokatuur. Mistoestanden zullen zich blijven voordoen. Ik ben niet zo naief dat een eed dat zal voorkomen. Maar het is goed als er een moment is dat bankiers zich openlijk realiseren dat zij er zijn voor de klant en niet andersom. Zij zijn verantwoordelijk voor de financiële gezondheid van mensen en dienen zich te realiseren dat klanten in een afhankelijke positie zitten en de bank moeten kunnen vertrouwen.

Bankiers zitten in de top van de bank; het voetvolk heet gewoon bankemployee. Daarom wordt de bankierseed sinds 2009 door de top van de bank afgelegd. En zo moet het ook. Daar moet het beginnen. Want goed voorbeeld doet goed volgen, zeker in een bank die nog altijd zeer hierarchisch bestuurd wordt.

De Nederlandse Vereniging van banken wil nu dat de eed voor iedereen met klantcontact gaat gelden, dus ook voor die gewone bankemployee. En pas op, de consequenties van het niet nakomen van de eed zijn aanzienlijk; de uiterste consequentie kan zelfs ontslag zijn. Ik voorzie hier problemen.

Bankemployees zijn niet te vergelijken met artsen en advocaten. Deze beroepsgroep is in hoge mate zelfstandig, zelfs als zij in loondienst zijn. Als u wordt geopereerd, dan wilt u niet dat de chirurg steeds even toestemming vraagt aan de leiding van het ziekenhuis.

Maar bij banken zet de top de lijnen en strategie uit en dat wordt naar beneden gedelegeerd. Productontwikkeling en prijsbeleid zijn vaak gecentraliseerd en individuele bankmedewerkers hebben daar nauwelijks invloed op.

Ik vraag mij werkelijk af of medewerkers bereid zijn tegen hun superieuren in te gaan. Klokkenluiders worden in Nederland niet echt goed beschermd. Ik ken maar één casus. Een medewerkster van Fortis kwam openlijk in verzet tegen het verplicht opnemen van (te dure) eigen beleggingsproducten. De medewerkster won alle rechtszaken, kreeg steun van de AFM, maar is sindsdien niet meer in dienst. En er zijn nog altijd banken die producttargets gebruiken bij de beoordeling van medewerkers. Zeg dan maar eens nee tegen een klant die zegt graag te willen beleggen, maar daar eigenlijk niet geschikt voor is.

 Mijn voorstel is om de huidige bankierseed eerst eens echt zichtbaar te maken voor alle bankemployees en alle klanten van de banken. Het afleggen van de eed door het topmanagement van de banken gebeurt nu achter gesloten deuren. Ik heb Zalm, Hommen of Moerland de eed nog niet zien of horen afleggen. Wordt er lacherig over gedaan of neemt men het echt serieus? Waarom verplichten we de banken niet dat het afleggen van de eed op video wordt vastgelegd en dat deze video op de homepage van de bank wordt gezet. En dan niet verstopt op de ‘corporate page’, maar op de plaats waar de klanten komen.

Ik verzeker u: zichtbare topbankiers passen beter op.

Rabobank normale bank? Slecht idee! (column BNR 24 juni)

Ik heb gewerkt bij zowel ABN AMRO als de  Rabobank en heb het verschil tussen de twee banken ervaren. Als je bij de ABN AMRO een bepaald product onder de aandacht van het kantoorpersoneel wilde brengen, dan nam je contact op met een afdeling op het hoofdkantoor. Die gingen dan voor je aan de slag. Een kantoordirecteur kwam je niet vaak tegen. Dat was bij de Rabobank totaal anders. Ik herinner mij nog levendig dat toen Rabobank Alex Beleggersbank had gekocht wij een soort ‘roadshow’ moesten maken om de kantoren te overtuigen dat Alex een aanvulling zou kunnen zijn in plaats van een concurrent. En dat werd niet voor zoete koek geslikt, integendeel. De autonomie van de lokale kantoren, pardon ik moet zeggen banken, verraste mij. Openlijke kritiek op het hoofdkantoor was niet ongewoon.

Die autonomie van de lokale banken is voor mij het succes van het coöperatieve model. En dan bedoel ik niet dat de lokale banken formeel de eigenaar zijn van Rabobank Nederland en dat de CEO Moerland dus rekenschap moet afleggen op de jaarlijkse ledenvergadering, nee, ik bedoel dat die lokale banken opereren in hun relatief kleine geografische gebied en dus dicht bij de klant staan. Het is het model waarmee de Zweedse Handelsbanken in Nederland succes heeft. Hun motto: je moet de klant vanaf de kerktoren kunnen zien, het kantoor werkt zeer autonoom en heeft eigen verlies & winstrekening.

Maar Rabobank lijkt dat allemaal los te laten. Of misschien moet ik zeggen, de Rabobank moet het loslaten, omdat de toezichthouder dat wil. De Nederlandsche Bank houdt niet van kleinschaligheid, dat is maar inefficiënt en lastig te controleren. Nee, grote banken, die zijn goed te controleren, dat hebben we allemaal kunnen zien. Veel misbaar over hypotheekdossiers waar een ‘vinkje’ ontbreekt, maar ondertussen geen inzicht hebben in de echte risico’s van de reusachtig grote balansen.

Het is helaas echt niet alleen de toezichthouder. Rabobank Nederland wil het ook. Volgens Moerland bankieren klanten steeds meer online en dus moet er een centrale website komen. Gevolg: de drie grootbanken nog meer op elkaar gaan lijken. Het hoofdkantoor in een hoge toren, waar een steeds meer uitdijende laag van directeuren de lokale banken of kantoren aanstuurt en controleert. Het is ook een drogreden. Natuurlijk kunnen alle lokale banken hun eigen website hebben met de specifieke eigenaardigheden van de regio. Kost waarschijnlijk iets meer, maar de klanten kunnen zich dan tenminste in hun bank herkennen.

Nog even en ze gaan net als bij ABN AMRO over een beursnotering praten.

 

 

 

 

Koffiedik kijken op de huizenmarkt (column BNR 17 juni)

Deze week maakte de drie grootbanken bekend te stoppen met het geven van voorspellingen over de huizenprijzen. Dat wil zeggen, men gaat stoppen met het geven van percentages. Dit had eigenlijk geen nieuws mogen zijn, ware het niet dat volgens het Financiële Dagblad ingewijden – altijd spannend wie dat zijn – zeggen dat er een geheime afspraak zou zijn van de drie CEO’s van de banken en dat het óók nog eens met Minister Blok is besproken. Banken zouden het pessimisme aanwakkeren. Complottheorieën doen het altijd goed in de media. Hoewel, het zou goed passen in het wereldbeeld van Minister-President Rutte, die met een roze bril op alle problemen wegkijkt.

De banken waren echter al veel eerder terughoudend geworden met het geven van percentages. Zo was de grootste aanbieder van hypotheken, de Rabobank, in haar kwartaalbericht Woningmarkt in november 2012 nog zeer concreet: in 2013 gaan de prijzen 7% dalen. In het februari-rapport was dit al afgezwakt tot ‘de prijzen staan onder druk’. En het rapport van juni 2013 was nog vager “de bodem lijkt in zicht”.

Ik vind het een uitstekende zaak dat banken stoppen  met het geven van voorspellingen over de ontwikkeling van de huizenprijzen. Het geven van concrete percentages geeft de indruk dat de huizenmarkt met wiskundige modellen te voorspellen is. Dat is een illusie. De Wall Street Journal heeft begin dit jaar nog eens duidelijk gemaakt dat in de VS elke expert op de huizenmarkt, inclusief de bekende Robert Shiller van de S&P Case-Shiller index, er naast zat voor 2012.

Er zijn teveel onberekenbare factoren van invloed op de huizenprijzen. Zo kan het aanbod van huizen niet snel worden aangepast aan de vraag, kunnen demografische factoren ervoor zorgen dat het aanbod van woningen niet past op de vraag, het hypotheekbeleid van de banken wordt door meer factoren bepaald dan alleen de kredietwaardigheid van hypotheekgever. En dan hebben we het nog niet eens over het ongrijpbare consumentenvertrouwen, een psychologische factor van groot belang voor de huizenmarkt.

Stoppen dus met die glazen bollen. Maar de visie van banken op de huizenmarkt is wel van belang. Banken kennen zowel de kopers als de verkopers en dienen beide belangen te dienen. En dat is lastig genoeg. Daarom moeten de banken in plaats van te schermen met precies te weten waar de bodem van de huizenprijzen ligt, de potentiele klanten voorzien van een scenario-analyse en voorrekenen wat de financiële consequenties zijn van nu kopen of juist nog even wachten. En aan de klant duidelijk maken dat er geen bel afgaat op de bodem van de markt.

Beurzenfusies (column BNR 10 juni 2013)

De laatste 10 jaar spelen de beurzen het gezelschapsspelletje Risk. In 2000 wilden de Londen Stock Exchange en de Deutsche Börse fuseren. Het ging niet door, maar Parijs en Amsterdam  reageerden direct met de oprichting van Euronext. België en Portugal sloten zich aan. In 2006 probeerde Deutsche Börse het opnieuw en wéér wees Londen het aanbod af. Frankfurt ging achter  Euronext aan, dat toen zelf in de armen van NYSE vluchtte. In 2011 zaten de spelers weer om de Risktafel. Deutsche Börse liet haar oog vallen op NYSE Euronext. Het mocht niet van spelleider Brussel, waarna een onbekende nieuwkomer ICE NYSE Euronext opkocht. Ondertussen wilde Londen weer met Toronto en het laatste nieuws is dat Deutsche Börse Euronext weer wil kopen van ICE. Volgt u het nog?

De beurzen spelen Risk niet uit luxe. Beurzen hebben door automatisering van de beurshandel  veel van hun oude glans verloren. De oude beursbedrijven hebben zeker nog wel een functie als icoon, zeker in crisistijden, denk aan 9/11, maar nieuwe spelers kunnen relatief gemakkelijk toetreden en pakken snel marktaandeel. Een nieuwe beurs is, naast het aantrekken van nieuwe bedrijven, vooral een ICT platform en daar geldt de keiharde wet: alleen volume telt. Vandaar al die fusies en overnames.

Onze eigen Amsterdamse beurs zakt steeds verder weg in het mondiale beursgeweld. De laatste jaren komen er nauwelijks nieuwe bedrijven bij, de beurs lijkt vooral gebruikt te worden als springplank voor private equity exits. Denk maar aan Douwe Egberts. Met veel aplomp binnengehaald om na een half jaar alweer te verdwijnen. En met Alternext, de beurs voor innovatieve bedrijven, is het helemaal huilen met de pet op.

En Euronext Amsterdam wordt ook nog eens zwaar aangevallen op haar kernbedrijf. Het nieuwe beursbedrijf TOM pakt steeds meer marktaandeel af. Euronext ging niet de concurrentiestrijd aan, maar de oude monopolist koos voor traineren via de rechter.

Na een lange strijd kreeg TOM in 2011 op alle punten gelijk. Euronext moet toch wel erg bang zijn, want vorige week probeerde zij opnieuw via de rechter TOM in diskrediet te brengen door aan te voeren dat TOM niet de beste prijs zou bieden aan haar klanten en dat klanten het verschil niet zouden zien tussen TOM en Euronext. Het is bijna pathetisch om te zien dat Euronext gebruik heeft gemaakt van illegale transacties om haar gelijk te halen. Een misdrijf  volgens de AFM brochure Manipulatieve Handelspatronen.

Ik snap het verschil tussen TOM en Euronext echt heel goed, het is als Jumbo en AH. En met die concurrentie ben ík als belegger heel blij.

 

Solidariteit in pensioen ? Liever niet (BNR column 3 juni 2013)

Deze week schreef Heleen Dupuis, lid van de 1e kamer voor de VVD, in het Financiele Dagblad over de doorgeschoten solidariteit in zorg. Zij merkte op dat in Nederland een afkeer bestaat van elke begrenzing van solidariteit. Volgens Dupuis wordt solidariteit gezien als een onbeperkte, bijna absolute plicht en elk voorstel tot beperking leidt steevast tot verwijzingen naar een tweedeling in de samenleving.

Dupuis had het over de zorg, ikzelf moest direct aan de pensioenproblematiek denken. Het huidige pensioensysteem, Defined Benefit genoemd, is gestoeld op solidariteit. Solidariteit van ongezonde mensen met gezonde mensen, solidariteit van laag opgeleide mensen met hoog opgeleide mensen, van mensen die regelmatig, en soms niet uit vrije wil, van werkgever veranderen met mensen die zeg eens 30 jaar bij een werkgever blijven. Maar vooral solidariteit van jongeren met ouderen.

Dat intergenerationele probleem dreigt nu het bestaande pensioensysteem op te blazen. Ouderen protesteren tegen het korten op pensioen, terwijl jongeren roepen dat de ouderen door veel langer van het pensioen gebruik te maken, het gevolg van onze uitstekende gezondheidszorg,  in het verleden veel te weinig hebben betaald. De sociale partners proberen op z’n polderiaans met steunverbanden het systeem te redden, maar het is vechten tegen de bierkaai.

De druk om de solidariteit te laten varen wordt opgevoerd. Door meer pensioenbesef bij jongeren en een andere kijk op het maken van carriere, bewegen we in de richting van geindividualiseerde pensioenen, Defined Contribution genoemd. Er kan dan nog wel collectief belegd worden wat een verstandige zaak is, want die schaalvoordelen moet je niet kwijtraken, maar het door de werknemer opgebouwde pensioenpotje komt geheel ten goede aan de werknemer.

Ook bedrijven zijn voor. Want als het pensioenfonds de min of meer gegarandeerde pensioenen niet kan opbrengen, dan wordt er naar de bedrijven gekeken. Bedrijven willen een goede pensioenregeling voor de werknemers, maar geen blanco cheque uitschrijven.

Ik was dan ook blij met het initiatief van de jonge socialisten, jonge democraten en JOVD. Hun 10 punten plan is een eerste aanzet om het huidige pensioensysteem te hervormen min of meer langs de lijnen die ik net geschetst heb. Maar los van de inhoud is het vooral toe te juichen dat jongeren interesse gaan tonen in pensioen. Het zal de ‘old school’ pensioenbestuurders die vaak weinig draagvlak hebben in het bedrijf, dwingen plaats te maken.

Het pensioengebouw uit de jaren zeventig met haar schrootjesplafond staat op instorten. Nu maar hopen dat we niet gaan restaureren, maar dat we het pensioengebouw van de grond af aan opnieuw gaan opbouwen. Het werd tijd.

 

Execution Only (column BNR 27 mei 2013)

Banken hebben een zorgplicht. Daar zal iedereen het volmondig mee eens zijn. Banken hebben nu eenmaal een informatievoorsprong. Het opstellen van het beleggersprofiel zal zeer serieus dienen te geschieden en elke transactie zal afgezet moeten worden tegenover het profiel van de klant. Met name bij online-adviestransacties, waar niet indringend met de klant wordt gesproken, kan controle op naleving van het advies van de bank lastig zijn. Een recente uitspraak van het KIFID heeft de zaak op scherp gezet.

Ik leg u de volgende zaak voor. Een onervaren belegger met een defensief profiel wilde al zijn geld steken in een Lehman Brothers obligatie omdat deze obligatie zo’n hoge rente bood en de belegger perse een hoge inkomensstroom wilde hebben. De bank wijst op het risico van geen spreiding bij een mogelijk faillissement. De klant is eigenwijs en wijst alternatieven af. Omdat het een adviesrelatie betreft, besluit de bank de opdracht uit te voeren. U kent het vervolg: Lehman failliet, klant al z’n geld kwijt en klaagt de bank aan. In eerste instantie wijst het KIFID de claim af, maar in hoger beroep krijgt de klant 100% gelijk.

Deze uitspraak kan vergaande consequenties hebben. Dit gaat lijken op een loterij zonder nieten, waarbij de bank altijd aan het kortste eind trekt. Hoe kan een bank zich nog verweren als een klant tegen de adviezen van de bank in handelt? De beroepscommissie vond dat de bank in veel hardere bewoordingen de klant had moeten waarschuwen, maar geeft niet aan hoe dat dan zou moeten.

Het zal mij niet verbazen als de adviesrelatie gaat verdwijnen. Het wordt dan ‘execution only’, dus zelf doen met echt alle risico’s voor de klant of een vermogensbeheerrelatie, waarbij de klant niet meer op eigen initiatief transacties kan doen. Onlangs heeft Robeco dat besluit genomen en Binckbank zegt het bestaande adviesproduct niet te promoten.

De vraag is of het kind niet met het badwater wordt weggegooid. Gaan mensen nu niet meer doe-het-zelven dan eigenlijk goed voor ze is? Beleggen is een vak en goed advies kan goud waard zijn. Onlangs heeft de Raad van State zich ook uitgesproken over de doorgeschoten zorgplicht. De Raad van State is bang dat klanten niet meer zelf nadenken en alle verantwoordelijkheid bij de bank gaan leggen. Zij vraagt de Minister van Financien  om het nieuwe zorgplicht wetsvoorstel aan te passen.

Dat gaat niet gebeuren. De reden is veelzeggend. Volgens Dijsselbloem kunnen klanten, zelfs als zij alle informatie hebben, geen rationele beslissingen nemen. Bedankt PVDA, het zal maar over je gezegd worden.